Bellagio
Blijf op de hoogte en volg Karlien en Jan
12 Juni 2015 | Italië, Bellagio
Chiavenna - Bellagio, vrij. 12-06-2015 Zoals gewoonlijk worden we gewekt door de vogels. Vanuit bed kijken we aan tegen een machtige rotswand. Het is zonnig en licht bewolkt. We pakken in en vertrekken naar bar Mastai waar onze gastvrouw een groot ontbijt voor ons geregeld heeft. Het is niet alleen 'grande' maar ook grandioos. Als de ober vraagt of we ook een eitje willen, zeggen we naief 'ja' en verschijnt als een toetje nog een portie 'scrambled egg' op tafel. Er is een fietspad langs de bruisende rivier. We vinden het vlot maar raken, na een paar kilometer het spoor bijster en belanden op een veldweg en het wordt cyclo cross rijden door modder, water en veldkeien. Op het juiste moment laat een heer zijn ongehoorzame hondje uit en zet ons weer op het juiste en veelbelovende pad. Een prachtige rit door een indrukwekkend berglandschap: links de ruige toppen van de Dolomieten. Daar liggen de dorpjes ingeklemd tussen de voeten van de bergreuzen. Rechts ligt her en der een dorpje op grote hoogte. We hebben alle tijd om rond te kijken want de weg is meestal vals plat in ons voordeel. Zo bereiken we het lago de Mezzola waar pootje gebaad wordt op kleine strandjes. Na een paar kilometer gele hesjes fietsen, dalen we af naar het fietspad langs de Adda rivier en komen bij het Como meer. Intussen is de lucht helemaal dicht getrokken. Zelfs in grijstinten is het meer mooi. Wat opvalt is hoe de hele bergwand aan de overkant helemaal behuisd is, een aaneenschakeling van dorpjes tot grote hoogte. Als we Colico, het eerste dorpje bereiken barst het onweer los. Voor ons de eerste regenbui in achttien dagen fietsen! We vluchten een restaurantje in en raken aan de praat met de gastvrouw die ons met een plan in de hand uitlegt waar we zijn en het weer bespreekt. Als de plensbui over is fietsen we verder langs het meer en door een paar fraaie dorpen als Dorio. We besluiten in Bellano de veerboot te nemen en zo een paar onverlichte tunnels te ontlopen. Terwijl we wachten op de veerboot: een bliksemflits gevolgd door een enorme donderslag. Onmiddellijk aanleiding tot een gesprekje met onze Duitse buren. We steken het meer over en na een uurtje komen we aan in Bellagio, een plaatsje op de landpunt tussen twee meren. De smalle straatjes zijn trappen die tegen de heuvel opklimmen. Schilderachtig en overspoeld door toeristen. Het regent en we zoeken onderdak. Een camping met bed wordt ons doel. Het wordt een steile klim en geen bed. In Visgnola is ook een B&B, La Toretta, en daar scoren we een riant onderkomen. La Toretta is een groot herenhuis en in de kelderverdieping is een pizzeria. We hoeven zelfs de deur niet meer uit. Na twee dagen Italie valt op hoe open en vriendelijk de mensen zijn. Iedereen zegt gedag, spreekt je gemakkelijk aan en doet zijn best om een mondje Engels te spreken. Een heel contrast met Zwitserland. We genieten van het originele eten, de tiramisu da casa en ik laat mijn idee om nog naar het oude dorp te lopen varen.